Als u een draagbare gasdetector gebruikt, is kennis van de LEL (Lower Explosive Limit, of onderste explosiegrens) essentieel voor uw veiligheid in het veld. Hieronder leest u wat LEL is, hoe draagbare detectors ermee omgaan, welke waarden u als normaal kunt beschouwen, en welke praktische tips u helpen risico’s te beheersen.
1. Wat is LEL?
LEL: het laagste volumepercentage gas in lucht waarbij al een explosie kan ontstaan als er een ontstekingsbron, zoals een vonk of hittebron is.
Onder de LEL is het mengsel te arm om te exploderen.
Boven de UEL (Upper Explosive Limit) is het mengsel te rijk voor explosie.
Tussen LEL en UEL ligt het gevaarlijke explosiegebied: zelfs een kleine vonk kan hier al tot een explosie leiden.
2. Hoe toont uw draagbare detector % LEL?
De meeste draagbare detectors geven een percentage LEL weer, bijvoorbeeld “25 % LEL”.
- 0 % LEL = geen explosief gas (praktisch veilig).
- 100 % LEL = de grens voor explosie is bereikt; zeer gevaarlijk.
- Tussen 0 % en 100 % betekent: let op, er is explosiegevaar!
Rekenvoorbeeld voor methaan
- %LEL van methaan = 5,0 vol %.
- Meet uw detector 1,0 vol % methaan?
1,0 ÷ 5,0 = 0,20 → 20 % LEL
- Meet hij 2,5 vol %?
2,5 ÷ 5,0 = 0,50 → 50 % LEL
Bij 50 % LEL zit u midden in het explosiegebied; verdere stijging kan leiden tot een heftig incident(explosie)!
3. Veilige (normale) waarde
- < 10 % LEL: algemeen beschouwd als een veilige of “normale” niet gevaarlijke waarde. achtergrondwaarde.
- > 10 % LEL: eerste alarmfase; voorbereiden op mogelijke evacuatie of extra ventilatie.
- 10–20 % LEL: verhoogde waakzaamheid, hou de trend in de gaten.
In praktijk ziet u in goed geventileerde omgevingen vaak waarden tussen 0 % en 5 % LEL. Zodra u consequent boven 10 % LEL komt, verdient dat nader onderzoek.
4. Sensortechnologie in draagbare detectors
Katalytisch (pellistor)
- Snel en betrouwbaar voor de meeste koolwaterstoffen.
- Gevoelig voor vergiftiging door siliconen, vetten of zwavel; daarom is regelmatig bump-testen belangrijk.
Infrarood (IR)
- Ideaal voor koolwaterstoffen zoals methaan en propaan.
- Talloze voordelen in stoffige of vochtige omgevingen; niet geschikt voor waterstof.
5. Praktische handelingen in het veld
Bump-test vóór gebruik
Korte blootstelling aan kalibratiegas (bijv. 50 % LEL methaan) om te controleren of de detector reageert. (alarmen optisch/akoestisch dienen af te gaan)
Doe dit elke dag of bij/na shift wisseling zodat je zelf gecontroleerd hebt dat deze functioneert, volgens de aanbeveling van de fabrikant.
Kalibratie
Volledige kalibratie (0- en spanpunt) elke 3–6 maanden, afhankelijk van omgevingscondities.
Gebruik altijd het aanbevolen gasmengsel (conform IEC 60079-29-1).
Sensorpositie op uw lichaam
Draag de detector bij uw ademzone: op borsthoogte of in de borstzak.
Voor zwaardere gassen: iets lager, bij de heup; voor lichte gassen: iets hoger.
Alarminstellingen
Waarschuwing (bijv.10 % LEL): verhoogde waakzaamheid; check rondom op lekken of bron.
Alarm (bijv. > 10 % LEL): direct handelen—verlaat de gevarenzone of start noodevacuatieprocedures.
6. Tips voor veilige inzet
Looproutes en windrichting: houd rekening met wind, zodat gas niet onverwacht naar u toetrekt.
Continu monitoren: draag de detector tijdens al uw werkzaamheden, ook bij pauzes in schuilhutten of voertuigen.
Registratie: noteer dagelijkse bump-testresultaten en kalibratiedata in uw logboek of inspectie-app.
Conclusie
Voor gebruikers van draagbare gasdetectoren is het begrijpen en correct interpreteren van % LEL van levensbelang. Streef naar waarden onder 10 % LEL als normaal; activeer waarschuwings- en alarmniveaus conform uw procedures om gevaarlijke situaties vroegtijdig te herkennen en te voorkomen. Zo houdt u uw werkomgeving veilig en beschermt u uzelf tegen explosierisico’s.